Binnenklimaat Nederland zet zich als ambitieuze en actieve vereniging in om een gezond binnenklimaat te realiseren. De aangesloten leden zijn fabrikanten, leveranciers en dienstverlenende organisaties van ventilatie- en filtersystemen, lucht- en klimaattechnologie en producten en diensten op het gebied van koelen en verwarmen. De leden zijn actief binnen alle sectoren, waaronder: wonen, werken, leren, zorgen en recreëren. Samen zetten we ons in een gezond binnenklimaat overal, altijd én voor iedereen.
In de normen voor testmethodes voor de bepaling van de luchtdichtheid van ventilatie-units bestaan nog geen gestandaardiseerde methodes die gericht zijn op decentrale ventilatie-units zoals die van Airmaster. Airmaster heeft daarom gekozen om te testen, overeenkomstig twee normen en om beide resultaten te publiceren.
De ene norm, EN 1886:2007, wordt gebruikt voor centrale units die werken bij een grote tegendruk. De andere, EN 13141-7:2010, is een norm die doorgaans wordt gebruikt voor kleinere centrale units die werken met minder tegendruk, zoals voor residentiële ventilatie.
Conform EN 1886:2007 wordt getest tot een drukverschil van maar liefst 700 Pa. Dat is bedoeld voor grotere centrale ventilatie-units en is daarom niet zo relevant voor kleinere decentrale units die werken bij beduidend lagere drukomstandigheden. Daarbij wordt bovendien alleen naar externe lekkage gekeken en niet naar interne lekkage, wat ook belangrijk is. Lekkages worden genormeerd in verhouding tot het oppervlak van de unit.
|
Dichtheidsklasse volgens de normen |
|
Aggregaat |
EN 1886:2007 |
EN 13141-7:2010 |
AM 150 |
L1 |
A1 |
AM 300 |
L2 |
A1 |
AM 500 |
L2 |
A2 |
AM 800 |
L2 |
A1 |
AM 1000 |
L2 |
A1 |
EN 13141-7:2010 is de norm die door TÜV-SÜD het meest relevant is bevonden voor ons type unit. Deze norm is oorspronkelijk gericht op ventilatie-units voor woningen. Drukomstandigheden die zeer goed overeenkomen met de werkelijkheid van onze units, en er wordt gekeken naar zowel externe als interne lekkage. Lekkages zijn genormeerd in verhouding tot de nominale luchthoeveelheid, wat wij relevant vinden.
Toelaatbare luchtlekkage in verhouding tot de luchtdichtheidsklasse voor aggregaten die werken bij zowel over- als onderdruk [EN 1886:2007, paragraaf 6.1.2 tabel 5]:
Dichtheidsklasse voor aggregaat |
Toelaatbare lekkagefactor bij overdruk van 700 Pa |
L1 |
0,22 l/s per m² aggregaatoppervlak |
L2 |
0,63 l/s per m² aggregaatoppervlak |
L3 |
1,90 l/s per m² aggregaatoppervlak |
Toelaatbare luchtlekkage in verhouding tot de luchtdichtheidsklasse voor aggregaten met recuperatieve warmtewisselaar (bijv. tegenstroomwarmtewisselaar) [EN 13141-7:2010, paragraaf 6.2.1.2 tabel 2]:
Dichtheidsklasse voor aggregaat |
Interne lekkage |
|
Externe lekkage (bij 250 Pa) |
A1 |
≤ 2% |
en |
≤ 2% |
A2 |
≤ 5% |
en |
≤ 5% |
A3 |
≤ 10% |
en |
≤ 10% |
Niet geclassificeerd |
> 10% |
en |
> 10% |
Passivhaus, 2021 (AM 1000)
iF Communication
iF Product
HVR Awards, 2012